Ik zat achterin het lokaal en lette weer eens niet op. Zoals altijd. Ik haalde goede cijfers, maar deed echt nooit iets. Dit was zo makkelijk. Ik draaide met het armbandje om mijn pols dat ik had gemaakt van een oude bassnaar. Om mijn andere arm zat net zo'n bandje rond mijn bovenarm. Dan een rond mijn ene enkel en een om mijn andere bovenbeen. Ik zuchtte even en gooide mijn benen op het tafeltje. Mijn veels te losse, versleten vanz hingen los aan mijn voeten. Ik hing achterover en keek rond. er was hier echt niks te doen. Ik speelde zo'n 8 tot 10 uur per dag, dan ging ik nog naar school en terapie en af en toe, eens in de 2 of 3 dagen, haalde ik wat te eten. Ik keek de klas even rond. De meesten deden net als ik helemaal niks. De leraar had ook echt geen controle. Op een normale school misschien wel, maar hier absoluut niet. Ik geeuwde breeduit en leunde naar achter. Zou er ooit hier nog iets leuks gebeuren? Ik betwijfelde het.